Pas op voor politieke kletspraat

De filosoof Harry G. Frankfurt (1929-2023) publiceerde in 1986 in zijn - uiteindelijk  - meest bekende werk " On bullshit "; een diepgaande analyse van het fenomeen ' bullshit' ofwel 'onzin' of ‘ kletspraat ’. Frankfurt betoogde dat leugens opzettelijke misleidingen zijn, waarbij iemand bewust onwaarheden vertelt om anderen te misleiden. Bullshit daarentegen is volgens hem niet per sé gebaseerd op onwaarheden, maar het ontbreekt de bullshitter aan een interesse in de feitelijke waarheid of juistheid van de beweringen.  Waarom bullshit? Frankfurt onderzocht de motieven achter het produceren van bullshit. Hij stelt dat mensen bullshit vaak gebruiken om indruk te maken, hun imago te verbeteren of hun eigen agenda te bevorderen. Bullshit kan ook worden gebruikt om anderen te misleiden of om een vaagheid te creëren waardoor men zich kan onttrekken aan verantwoordelijkheid of kritiek. Een cruciaal aspect van bullshit is dat het vaak wordt geproduceerd zonder ee

Opdrachtgerichte Commandovoering (Truppenführung)


Waarom duurde de Tweede Wereldoorlog toch zo lang? De geallieerden hadden toch een enorme overmacht en alle essentiële grondstoffen - olie, metalen, rubber - in handen? Dat had, zo bleek later, te maken met de betere inzet van militaire middelen door de Duitsers. Ondanks de militair nadelige politieke sturing door de nazi's, heeft de Duitse Wehrmacht het de Russen aan het Oostfront en de geallieerden aan het Westfront heel lang heel moeilijk gemaakt. Later is onderzocht hoe dat toch kwam. Een belangrijke factor bleek de Duitse manier van bevelvoering: Truppenführung.  
Deze wijze van commandovoering richt zich op de decentrale uitvoering van missies en het verschaffen van vrijheid van handelen voor alle uitvoerende niveaus. Binnen de doctrine van Truppenführung geeft de commandant aan ‘wat’ er moet gebeuren en ‘waarom’. Hij doet dit door een missie te formuleren dat op een heldere wijze de gewenste uitkomst van een operatie beschrijft. De commandant geeft zijn ondercommandanten aan welke doelstellingen hij wil bereiken, wat hun rol daarin is en de redenen waarom. Vervolgens wijst hij hen de middelen toe om aan hun opdracht te kunnen voldoen. Hij geeft nadrukkelijk niet aan ‘hoe’ het moet gebeuren. Die vrijheid geeft hij aan zijn ondercommandanten.  Door complexe en onvoorspelbare omstandigheden, die kenmerkend zijn voor militaire operaties, is wendbaarheid in de wijze van uitvoeren van missies essentieel. Commandanten moeten er op voorbereid zijn dat vooraf ontwikkelde plannen anders uitpakken dan verwacht.
“Victory or defeat in battle changes the situation to such a degree that no human acumen is able to see beyond the first battle. Therefore no plan of operation extends with any certainty beyond the first contact with the main hostile force… The advantage of the situation will never be fully utilized if subordinate commanders wait for orders, it will be generally more advisable to proceed actively and keep the initiative than to wait to the law of the opponent"

-Veldmaarschalk Helmuth von Moltke" (1800-1891)


De commandanten ter plekke zijn veel beter op de hoogte van de lokale situatie dan hun superieuren op afstand. De commandant ter plaatse kan veel beter inschatten wat wel en niet werkt. Daarnaast maakt deze stijl van sturing optimaal gebruik van de creativiteit van de mensen in de uitvoering en wordt ook het denken in oplossingen gestimuleerd. Binnen de filosofie van de Opdrachtgerichte Commandovoering hebben commandanten ter plaatse niet alleen de bevoegdheid maar ook de verplichting om te reageren op onvoorziene omstandigheden. Zolang zij maar binnen de kaders van de missie blijven. De Duitsers hadden deze wijze van militair leiderschap al ruim voor de Tweede Wereldoorlog in de Wehrmacht geïmplementeerd. De reden dat 
onze krijgsmacht voor deze besturingsstijl heeft gekozen, is voor de hand liggend, maar is door de NAVO pas na 1980 als doctrine geadopteerd. Aanleiding daarvoor was een onderzoek in opdracht van de VS om de tactiek t.o.v. de Sovjet-Unie te verbeteren. Daarvoor interviewde men uitgebreid twee van de meest succesvolle Duitse generaals die in WO II tegen de Russen hadden gestreden: de generaals Hermann Balck en Friedrich von Mellenthin. Uit de sessies met de beide voormalige Duitse generaals, bleek de opdrachtgerichte wijze van commandovoering van de Wehrmacht volgens de Truppenführung-doctrine essentieel voor de successen van de Duitsers.*


* zie: Generals Balck and Von Mellenthin on Tactics: Implications for NATO Military Doctrine Dec. 19, 1980. Paperback – January 1, 1980 by Gen. William. Depuy (Author)


Reacties